Ministerie LNV op ramkoers over NVWA tarieven
Het vertrouwen van de brancheorganisaties in de land- en tuinbouw in eerlijke NVWA-tarieven is tot het absolute nulpunt gedaald. Het ministerie van LNV houdt zich niet aan de afspraken die zij met het bedrijfsleven maakte. Minister Adema negeert diverse oproepen om de tarieven nu niet te verhogen. En de wens van de Tweede Kamer om het ‘zoet’ en het ‘zuur’ tegelijk op te dienen wordt genegeerd.
De activiteiten van de NVWA worden grotendeels betaald door de overheid. De minister van LNV bevestigde afgelopen jaar nogmaals in de Tweede Kamer dat toezicht houden een overheidstaak is, die door de overheid gefinancierd wordt. De NVWA verricht daarnaast ook wettelijk verplichte keurings- en certificeringswerkzaamheden. De kosten daarvan worden betaald door de bedrijven waar die werkzaamheden verricht worden. Jaarlijks betalen de bedrijven daar samen meer dan 100 miljoen euro voor.
Er is al jarenlang discussie over welk kosten de NVWA bij de bedrijven in rekening kan, mag en moet brengen. In 2021 startte LNV daarom het Programma Herziening Kostprijs en Tarieven NVWA. Doel van dit programma is om te komen tot inzichtelijke en aanvaardbare NVWA-tarieven voor de bedrijven. Het programma moet het volgende opleveren:
- een transparante berekening van de kostprijs van de NVWA-werkzaamheden,
- een heldere afweging welk deel van de kosten bij de bedrijven in rekening gebracht wordt,
- duidelijke afspraken over efficiencyprikkels voor de NVWA en doelmatigheidsbeloningen voor de bedrijven,
- en waar nodig nieuwe manieren om de kosten in rekening te brengen, zoals abonnementen in plaats van uurtarieven.
Dit programma is eind 2021 gestart en zal naar verwachting tot medio 2023 lopen.
Tegen alle afspraken in wil de minister van LNV de uitkomsten van het programma niet afwachten en al per 1 januari 2023 nieuwe NVWA-tarieven invoeren. Daarbij wil hij gebruik maken van de (nog niet afgeronde) nieuwe kostprijsberekening. En hij wil miljoenen euro’s aan meerkosten bij de bedrijven in rekening brengen. De minister negeert daarmee herhaalde verzoeken van de gezamenlijke brancheorganisaties in de voedselproductie en van de Tweede Kamerfracties van VVD en D66, om het afgesproken programma geheel te doorlopen voordat nieuwe NVWA-tarieven worden vastgesteld. Het Programma Herziening Kostprijs en Tarieven NVWA was bedoeld om acceptatie en draagvlak voor de tarieven van de NVWA te krijgen. Met de ramkoers die de minister nu kiest bereikt hij het tegenovergestelde.